LONDEN – In maart 1977 kwamen vertegenwoordigers van honderdzestien landen bijeen in Mar del Plata, Argentinië, voor de eerste United Nations Water Conference. Destijds kreeg het evenement erg weinig aandacht. De wereldpolitiek werd gedomineerd door een handvol machtige landen, waarvan de meeste in gematigde streken lagen waar waterschaarste, ernstige vervuiling en overstromingen niet als grote problemen werden beschouwd.
De sfeer op de UN Water Conference van dit jaar, die in maart plaatsvond in New York, was duidelijk anders. In plaats van apathie was er een voelbaar besef dat de watercrisis een wereldwijd probleem is. Vandaag de dag heeft elk land ter wereld te maken met watergerelateerde uitdagingen, wat onze collectieve kwetsbaarheid onderstreept nu de meest vitale natuurlijke hulpbron van de planeet steeds meer wordt bedreigd. De sterke betrokkenheid van de wetenschappelijke gemeenschap en het maatschappelijk middenveld was ook instrumenteel in het werpen van licht op de verstrekkende gevolgen van deze crisis.
Het is geen verrassing dat de landen die in 1977 het grootste risico liepen, nu nog kwetsbaarder zijn. De roekeloze exploitatie van de planeet heeft de overschrijding van de planetaire grenzen door de mensheid versneld. De lang verwachte stijging van de zeespiegel zet nu uitgestrekte gebieden onder water, terwijl woestijnen zich in een alarmerend tempo uitbreiden naarmate waterbronnen slinken en watervoerende lagen uitgeput raken. Ondertussen vervuilen menselijke afvalstoffen en bijproducten van industriële activiteiten onze rivieren, meren en oceanen. In een tijd van toenemende schaarste heeft onze schijnbaar onverzadigbare dorst naar consumptie deze trends verergerd.
Het feit dat sommigen geen last hebben van deze crisis getuigt van hun voorrecht. Terwijl velen de achteruitgang van het milieu op een spiritueel niveau ervaren, worden sommige van ’s werelds armste bevolkingsgroepen geconfronteerd met directe en tastbare gevolgen wanneer ze zich proberen aan te passen aan de snel veranderende omstandigheden.
Net als de reactie op de klimaatcrisis heeft de reactie op de watercrisis te lijden onder een gebrek aan wereldwijde coördinatie en tegenwerking van gevestigde belangen die cruciale hervormingen willen verhinderen. Zoals de Indiase milieuactiviste Vandana Shiva het stelt: ‘Wanneer de rijke, machtige en dominante economische krachten van de samenleving’ hun eerlijke deel van de hulpbronnen van de aarde overschrijden, worden ‘inheemse gemeenschappen en minderheidsgroepen beroofd van hun deel van het water voor hun leven en levensonderhoud.’ Dit, zo schrijft ze, dwingt hele gemeenschappen ‘om de zware last van de waterarmoede te dragen.’
Een recente petitie van de prominente waterrechtenactivist Rajendra Singh biedt een mogelijke oplossing. Singh, voorzitter van de People’s World Commission on Drought and Flood, schetst tien cruciale transformaties die nodig zijn om de harmonie met water te herstellen. Door het antropocentrisme te overstijgen, beoogt zijn voorgestelde belofte de mondiale watercyclus te verjongen en de immense kracht ervan aan te wenden om het welzijn van alle levende wezens te bevorderen.
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
De kern van Singhs belofte ligt in het basisprincipe van klimaatgericht denken: een complete systeemherziening. Dit perspectief ziet de mensheid als onderdeel van een veel groter geheel dat de diverse soorten omvat waarmee we onze planeet delen. In plaats van natuurlijke hulpbronnen te verhandelen voor winst en meedogenloze consumptie, moedigt dit ethos mensen aan om zich bewust te zijn van de mogelijke gevolgen van hun acties en zich in te zetten om de schade die ze veroorzaken te herstellen.
Dit roept drie fundamentele vragen op. In de eerste plaats: welke acties zijn nodig om de wereldwijde watercrisis aan te pakken? In de tweede plaats: welke belangrijke belanghebbenden moeten actie ondernemen? In de derde plaats: hoe kunnen we ervoor zorgen dat deze belanghebbenden essentiële systeemveranderingen doorvoeren?
Beleidsmakers hebben te lang de nadruk gelegd op kleine veranderingen in de consumptiegewoonten van huishoudens, waardoor de lasten ten onrechte werden afgewenteld op gezinnen en gemeenschappen die een verwaarloosbare bijdrage hebben geleverd aan de watercrisis. De hoofdoorzaken van de waterschaarste zijn grootschalige industriële productie, gebrek aan aandacht voor de kwaliteit en het niet aanpakken van de ongebreidelde vervuiling. Op macroniveau zorgen de winningsindustrieën en een economisch systeem dat gericht is op winstmaximalisatie voor de stijging van de temperatuur op aarde, waardoor de waterkringlopen nog verder worden verstoord.
Hoewel het terugdringen van het huishoudelijk verbruik belangrijk is, verbleekt dit bij de potentiële impact van het dwingen van bedrijven om duurzame praktijken toe te passen. Maar de toenemende symbiotische relatie tussen de politiek en de belangen van grote bedrijven bemoeilijkt deze taak. In plaats van systemische veranderingen na te streven, hebben ’s werelds machtigste regeringen gekozen voor hervormingen in kleine stapjes om de schijn van betrokkenheid te wekken.
De recente UN Water Conference onderstreepte de urgentie van de huidige crisis. Als regeringen niet bereid of in staat zijn om de noodzakelijke structurele hervormingen door te voeren, moeten ze worden vervangen door politieke leiders met de visie en vastberadenheid om de systemen te herzien die de natuurlijke hulpbron die al het leven op aarde in stand houdt, in gevaar brengen.
Toen ik opgroeide in India, zag ik de niet aflatende drang van het land om de rijkere economieën in te halen. Door te investeren in hoger onderwijs, wegen en ziekenhuizen aan te leggen en de economische groei te stimuleren door middel van consumptie en productieverhoging, zo was de gedachte, kon India rijker worden en de armoede uitroeien. Het reguliere onderwijssysteem verdedigde vaak de commodificatie van de natuur, de antropocentrische dominantie en het extractivisme. Het vereerde de architecten van ons gebrekkige economische systeem en behandelde hun woorden als heilig.
Inheemse gemeenschappen hebben lang gewaarschuwd dat dergelijke ‘vooruitgang’ misplaatst was, maar ze werden afgedaan als bekrompen en verstoken van realiteitszin. Nu de klimaatverandering de water- en voedselsystemen over de hele wereld ontwricht, erkennen velen de juistheid van deze waarschuwingen. Aangezien wij misschien de laatste generatie zijn die in staat is om de ergste gevolgen van de watercrisis te verzachten, is het onze verantwoordelijkheid om diegenen die de planeet uitbuiten voor persoonlijk gewin ter verantwoording te roepen.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
At the end of a year of domestic and international upheaval, Project Syndicate commentators share their favorite books from the past 12 months. Covering a wide array of genres and disciplines, this year’s picks provide fresh perspectives on the defining challenges of our time and how to confront them.
ask Project Syndicate contributors to select the books that resonated with them the most over the past year.
LONDEN – In maart 1977 kwamen vertegenwoordigers van honderdzestien landen bijeen in Mar del Plata, Argentinië, voor de eerste United Nations Water Conference. Destijds kreeg het evenement erg weinig aandacht. De wereldpolitiek werd gedomineerd door een handvol machtige landen, waarvan de meeste in gematigde streken lagen waar waterschaarste, ernstige vervuiling en overstromingen niet als grote problemen werden beschouwd.
De sfeer op de UN Water Conference van dit jaar, die in maart plaatsvond in New York, was duidelijk anders. In plaats van apathie was er een voelbaar besef dat de watercrisis een wereldwijd probleem is. Vandaag de dag heeft elk land ter wereld te maken met watergerelateerde uitdagingen, wat onze collectieve kwetsbaarheid onderstreept nu de meest vitale natuurlijke hulpbron van de planeet steeds meer wordt bedreigd. De sterke betrokkenheid van de wetenschappelijke gemeenschap en het maatschappelijk middenveld was ook instrumenteel in het werpen van licht op de verstrekkende gevolgen van deze crisis.
Het is geen verrassing dat de landen die in 1977 het grootste risico liepen, nu nog kwetsbaarder zijn. De roekeloze exploitatie van de planeet heeft de overschrijding van de planetaire grenzen door de mensheid versneld. De lang verwachte stijging van de zeespiegel zet nu uitgestrekte gebieden onder water, terwijl woestijnen zich in een alarmerend tempo uitbreiden naarmate waterbronnen slinken en watervoerende lagen uitgeput raken. Ondertussen vervuilen menselijke afvalstoffen en bijproducten van industriële activiteiten onze rivieren, meren en oceanen. In een tijd van toenemende schaarste heeft onze schijnbaar onverzadigbare dorst naar consumptie deze trends verergerd.
Het feit dat sommigen geen last hebben van deze crisis getuigt van hun voorrecht. Terwijl velen de achteruitgang van het milieu op een spiritueel niveau ervaren, worden sommige van ’s werelds armste bevolkingsgroepen geconfronteerd met directe en tastbare gevolgen wanneer ze zich proberen aan te passen aan de snel veranderende omstandigheden.
Net als de reactie op de klimaatcrisis heeft de reactie op de watercrisis te lijden onder een gebrek aan wereldwijde coördinatie en tegenwerking van gevestigde belangen die cruciale hervormingen willen verhinderen. Zoals de Indiase milieuactiviste Vandana Shiva het stelt: ‘Wanneer de rijke, machtige en dominante economische krachten van de samenleving’ hun eerlijke deel van de hulpbronnen van de aarde overschrijden, worden ‘inheemse gemeenschappen en minderheidsgroepen beroofd van hun deel van het water voor hun leven en levensonderhoud.’ Dit, zo schrijft ze, dwingt hele gemeenschappen ‘om de zware last van de waterarmoede te dragen.’
Een recente petitie van de prominente waterrechtenactivist Rajendra Singh biedt een mogelijke oplossing. Singh, voorzitter van de People’s World Commission on Drought and Flood, schetst tien cruciale transformaties die nodig zijn om de harmonie met water te herstellen. Door het antropocentrisme te overstijgen, beoogt zijn voorgestelde belofte de mondiale watercyclus te verjongen en de immense kracht ervan aan te wenden om het welzijn van alle levende wezens te bevorderen.
HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
De kern van Singhs belofte ligt in het basisprincipe van klimaatgericht denken: een complete systeemherziening. Dit perspectief ziet de mensheid als onderdeel van een veel groter geheel dat de diverse soorten omvat waarmee we onze planeet delen. In plaats van natuurlijke hulpbronnen te verhandelen voor winst en meedogenloze consumptie, moedigt dit ethos mensen aan om zich bewust te zijn van de mogelijke gevolgen van hun acties en zich in te zetten om de schade die ze veroorzaken te herstellen.
Dit roept drie fundamentele vragen op. In de eerste plaats: welke acties zijn nodig om de wereldwijde watercrisis aan te pakken? In de tweede plaats: welke belangrijke belanghebbenden moeten actie ondernemen? In de derde plaats: hoe kunnen we ervoor zorgen dat deze belanghebbenden essentiële systeemveranderingen doorvoeren?
Beleidsmakers hebben te lang de nadruk gelegd op kleine veranderingen in de consumptiegewoonten van huishoudens, waardoor de lasten ten onrechte werden afgewenteld op gezinnen en gemeenschappen die een verwaarloosbare bijdrage hebben geleverd aan de watercrisis. De hoofdoorzaken van de waterschaarste zijn grootschalige industriële productie, gebrek aan aandacht voor de kwaliteit en het niet aanpakken van de ongebreidelde vervuiling. Op macroniveau zorgen de winningsindustrieën en een economisch systeem dat gericht is op winstmaximalisatie voor de stijging van de temperatuur op aarde, waardoor de waterkringlopen nog verder worden verstoord.
Hoewel het terugdringen van het huishoudelijk verbruik belangrijk is, verbleekt dit bij de potentiële impact van het dwingen van bedrijven om duurzame praktijken toe te passen. Maar de toenemende symbiotische relatie tussen de politiek en de belangen van grote bedrijven bemoeilijkt deze taak. In plaats van systemische veranderingen na te streven, hebben ’s werelds machtigste regeringen gekozen voor hervormingen in kleine stapjes om de schijn van betrokkenheid te wekken.
De recente UN Water Conference onderstreepte de urgentie van de huidige crisis. Als regeringen niet bereid of in staat zijn om de noodzakelijke structurele hervormingen door te voeren, moeten ze worden vervangen door politieke leiders met de visie en vastberadenheid om de systemen te herzien die de natuurlijke hulpbron die al het leven op aarde in stand houdt, in gevaar brengen.
Toen ik opgroeide in India, zag ik de niet aflatende drang van het land om de rijkere economieën in te halen. Door te investeren in hoger onderwijs, wegen en ziekenhuizen aan te leggen en de economische groei te stimuleren door middel van consumptie en productieverhoging, zo was de gedachte, kon India rijker worden en de armoede uitroeien. Het reguliere onderwijssysteem verdedigde vaak de commodificatie van de natuur, de antropocentrische dominantie en het extractivisme. Het vereerde de architecten van ons gebrekkige economische systeem en behandelde hun woorden als heilig.
Inheemse gemeenschappen hebben lang gewaarschuwd dat dergelijke ‘vooruitgang’ misplaatst was, maar ze werden afgedaan als bekrompen en verstoken van realiteitszin. Nu de klimaatverandering de water- en voedselsystemen over de hele wereld ontwricht, erkennen velen de juistheid van deze waarschuwingen. Aangezien wij misschien de laatste generatie zijn die in staat is om de ergste gevolgen van de watercrisis te verzachten, is het onze verantwoordelijkheid om diegenen die de planeet uitbuiten voor persoonlijk gewin ter verantwoording te roepen.
Vertaling: Menno Grootveld