farmer famine ALBERT GONZALEZ FARRAN/AFP/Getty Images

Veel landarbeiders lijden honger

GENÈVE – Voedsel is een krachtige verhalenverteller. Uit ons dieet blijkt of we thuis koken, lokaal boodschappen doen, de voorkeur geven aan goedkope maaltijden, of zelfs maar nadenken over wat we eten. Maar de consumentenkant van de maaltijd is slechts een van de vele verhaallijnen als het om ons voedsel gaat. Er zijn ook achtergrondverhalen, waarvan er geen onsmakelijker is dan dit: landarbeiders – de mensen die ons eten mogelijk maken – zijn tevens degenen waarvan de kans het grootst is dat ze hongerig naar bed gaan.

Iedere dag gaan zo'n 1,1 miljard mensen – een derde van de mondiale beroepsbevolking – aan het werk op de landerijen in de wereld. En iedere avond keren velen van hen terug naar huis – nadat ze talloze schendingen van hun mensenrechten hebben ondergaan  – zonder genoeg geld om zichzelf of hun gezinnen te voeden.

De landbouw is een van de weinige sectoren waarin nationale wettelijke arbeidsbeschermingsconstructies regelmatig worden genegeerd. Minimumlonen, gesteund door de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) en geadopteerd door veel bedrijfstakken over de hele wereld, blijven in de landbouwsector zonder betekenis of strekken zich niet uit tot informele landarbeiders. Maar omdat migranten het grootste deel van de agrarische beroepsbevolking vormen, is dit gat in de dekking een vrijwel onoverbrugbare kloof geworden.

Op het platteland van de ontwikkelingslanden verdient 80% van de landarbeiders nog geen $1,25 per dag, waardoor ze in armoede gevangen zijn. Bovendien worden de arbeiders door stuklonen gedwongen urenlang in extreme weersomstandigheden te werken om te voldoen aan de veeleisende quota's.

Het ergste van alles is dat degenen die op onethische bedrijven werken te maken hebben met verhoogde risico's. Volgens de ILO is landarbeid door de gevaarlijke machines, lange arbeidstijden, en blootstelling aan giftige pesticiden een van 's werelds meest dodelijke vormen van werk; ieder jaar vinden ruim 170.000 landarbeiders de dood op onveilige boerderijen, een sterftecijfer dat twee maal zo hoog is als in welke andere bedrijfstak ook.

En toch heeft de landbouw in de meeste landen doorgaans een uitzonderingspositie in de gezondheids- en veiligheidsregelgeving. Zelfs in de Verenigde Staten bestaat er geen federale wet die eist dat werkgevers landarbeiders pauzes gunnen voor het drinken van water en het vertoeven in de schaduw, ook al behoren zonnesteken tot de meest voorkomende oorzaken van met de landarbeid samenhangende sterfgevallen in de VS.

Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription
PS_Sales_Winter_1333x1000 AI

Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription

At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.

Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.

Subscribe Now

De recente dood van Fabián Tomasi, een Argentijnse landarbeider en criticus van de agrochemische industrie in zijn land, heeft de risico's van de industriële landbouw weer eens scherp in beeld gebracht. Hoewel bedrijven als Monsanto betogen dat pesticiden noodzakelijk zijn om de voedselveiligheid te garanderen, openbaren de gevolgen van blootstelling aan chemicaliën voor werknemers als Tomasi – wiens lichaam volkomen gemangeld was na jaren van het zonder enige bescherming omgaan ermee – de menselijke kosten van hun gebruik. Zelfs in ontwikkelde landen treft acute vergiftiging door pesticiden één op de vijfduizend landarbeiders, terwijl nog veel meer werknemers dagelijks aan gifstoffen worden blootgesteld.

Helaas verkeren maar weinig landarbeiders in een positie om op te komen voor hun rechten. Seizoensarbeiders kunnen niet makkelijk collectief onderhandelen, en ongedocumenteerde migranten mijden vakbonden uit angst dat hun werkgevers zullen terugslaan door de immigratie-autoriteiten in te lichten. Bovendien zijn fundamentele sociale rechten zoals sociale zekerheid, gezondheidszorg en arbeidscompensatie doorgaans non-existent. Deze bedrijfstak, die is vrijgesteld van veel regelgeving, kan het zich veroorloven kostenbesparingen en winsten boven het welzijn van de werknemers te stellen.

Het is tijd dat we ophouden passief een vork te steken in wat op ons bord terechtkomt, en dat we onze koopkracht gebruiken om ons te verzetten tegen het betalen van de goedkoopste prijs voor voedsel. Het verantwoordelijk stellen van mensen voor het mishandelen van landarbeiders is een uitdaging, maar niet onmogelijk. We kunnen beginnen met het doen van een beroep op overheden, zodat ze meer tijd gaan besteden aan de bescherming van landarbeiders dan aan het controleren van hun verblijfsvergunning.

Om dit mogelijk te maken hebben we uiteraard meer informatie nodig over waar ons voedsel vandaan komt. Vandaag de dag hebben we de neiging ons voor dat doel te verlaten op informatieve etiketten en certificeringen. Maar het verhaal dat zij ons vertellen is gefragmenteerd, onvolledig, en zo nu en dan zelfs misleidend. We moeten de extra stappen zetten die nodig zijn om kennis te nemen van het hele verhaal. Dit betekent dat we verder moeten gaan dan vrijwillige labels waarop staat dat het voedsel op eerlijke en humane wijze wordt geproduceerd, en dat we verplichte labels moeten eisen die vermelden wanneer er niet aan deze normen wordt voldaan.

Wereldwijd zijn zo'n 821 miljoen mensen ondervoed – een cijfer dat blijft stijgen. Dit is een tragedie; van niemand, waar dan ook, zouden de rechten, waaronder het recht op voedsel, mogen worden geschonden; toch is dit precies wat veel landarbeiders en werknemers in de voedselketen iedere dag moeten verduren.

De strijd voor hun rechten is altijd moeilijk geweest, maar als we die strijd voortzetten, raakt het verhaal van het mondiale voedselsysteem misschien toch iets van zijn bitterheid kwijt.

U kunt meer over het werk van de Speciale Rapporteur leren, en haar officiële rapport over landarbeiders en het recht op voedsel vinden op Hilalelver.org. U kunt de Speciale Rapporteur ook volgen op Twitter @HilalElver.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/HQfVBSKnl