zizek11_Eyal WarshavskySOPA ImagesLightRocket via Getty Images_israelBen-Gvir Eyal Warshavsky/SOPA Images/LightRocket via Getty Images

Ethiek op de klippen

LJUBLJANA – Ethische vooruitgang brengt een heilzame vorm van dogmatisme voort. Een normale, gezonde samenleving debatteert niet over de vraag of verkrachting en marteling aanvaardbaar zijn, omdat het publiek ʻdogmatischʼ aanvaardt dat ze onaanvaardbaar zijn. Evenzo vertoont een samenleving waarvan de leiders spreken over ʻlegitieme verkrachtingʼ – zoals een voormalig Republikeins Congreslid in de Verenigde Staten ooit deed – of over aanvaardbare marteling, duidelijke tekenen van ethisch verval, en kunnen voorheen onvoorstelbare daden snel mogelijk worden.

Denk aan het Rusland van vandaag. In een niet-geverifieerde video die deze maand begon te circuleren, wordt een voormalige huurling van de aan het Kremlin gelieerde Wagner Group ervan beschuldigd te zijn overgelopen om ʻtegen de Russen te vechten,ʼ waarna een onbekende aanvaller een voorhamer in de zijkant van het hoofd van de huurling slaat. Toen Yevgeny Prigozhin, de oprichter van de Wagner Group en een nauwe bondgenoot van Vladimir Poetin, werd gevraagd commentaar te geven op de video – gepost onder de kop ʻDe hamer van de wraakʼ – antwoordde hij: ʻEen hond krijgt de dood van een hond.ʼ Zoals velen hebben opgemerkt, is het gedrag van Rusland nu identiek aan dat van de Islamitische Staat.

Of denk aan de steeds nauwere bondgenoot van Rusland, Iran, waar jonge meisjes die zijn gearresteerd omdat ze hebben geprotesteerd tegen het regime naar verluidtworden uitgehuwelijkt aan gevangenisbewaarders en vervolgens verkracht, met als argument dat een minderjarige wettelijk niet kan worden geëxecuteerd als zij nog maagd is.

Of denk aan Israël, dat zich trots presenteert als een liberale democratie, hoewel het land geleidelijk aan is gaan lijken op een paar van de fundamentalistisch-religieuze landen in zijn omgeving. Het laatste bewijs van deze trend is het nieuws dat Itamar Ben-Gvir deel zal uitmaken van de nieuwe regering van Binyamin Netanyahu. Voordat hij de politiek inging, stond Ben-Gvir erom bekend dat hij in zijn woonkamer een portret had hangen van de Israëlisch-Amerikaanse terrorist Baruch Goldstein, die in 1994 in Hebron 29 Palestijnse moslimgelovigen afslachtte en 125 anderen verwondde.

Netanyahu, die Israëls langstzittende premier was voordat hij in juni 2021 werd afgezet, is volledig betrokken bij dit ethisch verval. In 2019, zo meldt de Times of Israel, riep hij ʻop tot een strijd tegen het toenemende moslim- en linkse antisemitisme in Europa, uren nadat de [Israëlische] regering een rapport had gepubliceerd waarin stond dat extreem-rechts de grootste bedreiging vormt voor joden op het continent.ʼ Waarom negeert Netanyahu extreem-rechts antisemitisme? Omdat hij ervan afhankelijk is. Nieuw-rechts in het Westen mag dan in eigen land antisemitisch zijn, het steunt ook onvoorwaardelijk Israël, dat het ziet als een van de laatst overgebleven barrières tegen een mosliminvasie.

Helaas is dit alles slechts één kant van het verhaal. Het ethisch verval wordt ook steeds duidelijker bij ʻwoke-ʼ links, dat steeds autoritairder en intoleranter is geworden, omdat het alle vormen van seksuele en etnische identiteit toestaat – op één na. De socioloog Duane Rousselle heeft de nieuwe ʻcancel-cultuurʼ gekarakteriseerd als ʻracisme in de tijd van de velen zonder de Ene.ʼ Terwijl traditioneel racisme de indringer verguisd die een bedreiging vormt voor de eenheid van de Ene (de dominante in-group), wil ʻwokeʼ-links hetzelfde doen met iedereen die niet volledig afstand heeft gedaan van alle oude categorieën van gender, seksualiteit en etniciteit. Alle seksuele geaardheden en genderidentiteiten zijn nu aanvaardbaar, tenzij je een witte man bent wiens genderidentiteit overeenkomt met zijn biologische geslacht bij de geboorte. Leden van dit cisgender-cohort moeten zich schuldig voelen om wat ze zijn – omdat ze ʻlekker in hun vel zittenʼ – terwijl alle anderen (zelfs cisgender-vrouwen) worden aangemoedigd om te zijn wat ze zich voelen.

Secure your copy of PS Quarterly: The Climate Crucible
PS_Quarterly_Q3-24_1333x1000_No-Text

Secure your copy of PS Quarterly: The Climate Crucible

The newest issue of our magazine, PS Quarterly: The Climate Crucible, is here. To gain digital access to all of the magazine’s content, and receive your print copy, subscribe to PS Premium now.

Subscribe Now

Deze ʻnew woke orderʼ komt steeds duidelijker naar voren in absurde situaties in de echte wereld. Deze maand nog wilde het Gender and Sexuality Resource Center van het Gettysburg College in Pennsylvania een door studenten georganiseerd evenement sponsoren voor iedereen die ʻgenoeg heeft van witte cis-mannen.ʼ Het plan was dat de aanwezigen zouden ʻkomen schilderen en schrijven overʼ hun frustraties over ʻlekker in hun vel zittendeʼ witte mannen. Na ophef en beschuldigingen van racisme is het evenement sindsdien uitgesteld.

Er is een paradox in de manier waarop ʻwoke non-binary fluidityʼ samenvalt met intolerantie en uitsluiting. In Parijs bespreekt de prestigieuze École Normale Supérieure nu een voorstel om gangen in studentenflats in te richten die uitsluitend bestemd zijn voor personen die gemengd/divers (mixité choisie) als hun seksuele identiteit hebben gekozen, teneinde cisgender-mannen uit te sluiten. De voorgestelde regels zijn streng: wie niet aan de criteria voldoet, mag niet eens een voet in deze gangen zetten. En natuurlijk openen dergelijke regels de weg naar nog strengere beperkingen. Als bijvoorbeeld genoeg individuen hun identiteit in nog engere termen definiëren, zullen zij vermoedelijk hun eigen gang kunnen opeisen.

Drie kenmerken van dit voorstel zijn het benadrukken waard: het sluit alleen cisgender-mannen uit, niet cisgender-vrouwen; het is niet gebaseerd op enige objectieve indelingscriteria, maar alleen op subjectieve zelfaanduiding; en het roept op tot verdere indelingen. Dit laatste punt is cruciaal, omdat het laat zien hoe alle nadruk op plasticiteit, keuze en diversiteit uiteindelijk leidt tot wat we alleen maar een nieuwe apartheid kunnen noemen – een netwerk van vaste, geëssentialiseerde identiteiten.

Het ʻwokeïsmeʼ laat dus zien hoe permissiviteit kan overgaan in verboden: onder een ʻwokeʼ regime weten we nooit of en wanneer sommigen van ons zullen worden gecancelled voor iets wat we hebben gezegd of gedaan (de criteria zijn vaag), of gewoon omdat we geboren zijn in de verboden categorie.

In plaats van zich te verzetten tegen de nieuwe vormen van barbarij, zoals het vaak beweert te doen, neemt ʻwokeʼ-links er volledig aan deel, en bevordert en praktiseert het zonder enige ironie een onderdrukkend discours. Hoewel het pleit voor pluralisme en het bevorderen van verschil, is zijn subjectieve positie van uiting – de plaats van waaruit het spreekt – meedogenloos autoritair, waarbij het geen debat duldt over pogingen om willekeurige uitsluitingen op te leggen die voorheen in een tolerante, liberale samenleving als onaanvaardbaar zouden zijn beschouwd.

Dit gezegd zijnde, mogen we niet vergeten dat deze puinhoop grotendeels beperkt blijft tot het enge domein van de academische wereld (en diverse intellectuele beroepen zoals de journalistiek), terwijl de rest van de samenleving zich eerder in tegenovergestelde richting beweegt. In de VS bijvoorbeeld stemden deze maand twaalf Republikeinse senatoren met de Democratische meerderheid mee om het recht van paren van hetzelfde geslacht om te trouwen te codificeren.

De cancel-cultuur, met haar impliciete paranoia, is een wanhopige en duidelijk zelfvernietigende poging om het zeer reële geweld en de intolerantie waaronder seksuele minderheden al veel te lang te lijden hebben, te compenseren. Maar het is een terugtrekking in een cultureel fort, een pseudo-ʻveilige ruimteʼ waarvan het discursieve fanatisme de weerstand van de meerderheid ertegen alleen maar versterkt.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/asewmInnl