ANCHORAGE – De Russische president Vladimir Poetin is de laatste tijd bijzonder boos en de Oekraïense havenstad Odessa ondervindt daar de gevolgen van. In de neo-imperiale visie van het Kremlin is Odessa lange tijd een symbool geweest van het Russische karakter van het zuiden van Oekraïne, omdat de oorspronkelijke ontwikkeling van de stad werd geleid door Catharina de Grote. Vorig jaar beschreef Poetin Odessa zelf als ‘een van de mooiste steden ter wereld’ met ‘prachtige tradities en een mooie geschiedenis.’ Maar voor Poetins criminele regime is niets heilig.
Zijn woede werd duidelijk op 17 juli, toen hij een einde maakte aan het Zwarte Zee Graan Initiatief, een door de Verenigde Naties gesteunde overeenkomst, ondertekend in juli 2022, die Oekraïne in staat stelde om tarwe, gerst en andere voedingsmiddelen te exporteren vanuit de haven van Odessa, en uit de havens van Chornomorsk en Pivdennyi. Het idee dat Poetin iets te zeggen heeft over het vermogen van Oekraïne om goederen te exporteren die het zelf produceert, op zijn eigen schepen en vanuit zijn eigen havens, is absurd. Maar hij komt ermee weg door te dreigen zich nog misdadiger te gedragen dan hij al heeft gedaan: de noordwestelijke Zwarte Zee, zo heeft het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken verklaard, is weer ‘gevaarlijk.’
Diezelfde dag begon Poetin met het laten regenen van bommen op Odessa. De raket- en droneaanvallen waren aanvankelijk gericht op graanterminals en andere havenfaciliteiten, wat leidde tot grote economische verliezen, waaronder de vernietiging van zestigduizend ton graan. De Russische aanvallen waren ook gericht op verschillende gebouwen aan de Pereulok Nakhimova, een mooie laan aan het einde van een prachtige, tien kilometer lange, met bomen omzoomde promenade, waar lokale fietsers zoals ik vaak van genieten. Vanaf daar leidt de Kanatnastraat – waar de Russische dichter Aleksandr Poesjkin vaak zijn vriend Ivan Blaramberg bezocht – naar het hart van de stad.
ANCHORAGE – De Russische president Vladimir Poetin is de laatste tijd bijzonder boos en de Oekraïense havenstad Odessa ondervindt daar de gevolgen van. In de neo-imperiale visie van het Kremlin is Odessa lange tijd een symbool geweest van het Russische karakter van het zuiden van Oekraïne, omdat de oorspronkelijke ontwikkeling van de stad werd geleid door Catharina de Grote. Vorig jaar beschreef Poetin Odessa zelf als ‘een van de mooiste steden ter wereld’ met ‘prachtige tradities en een mooie geschiedenis.’ Maar voor Poetins criminele regime is niets heilig.
Zijn woede werd duidelijk op 17 juli, toen hij een einde maakte aan het Zwarte Zee Graan Initiatief, een door de Verenigde Naties gesteunde overeenkomst, ondertekend in juli 2022, die Oekraïne in staat stelde om tarwe, gerst en andere voedingsmiddelen te exporteren vanuit de haven van Odessa, en uit de havens van Chornomorsk en Pivdennyi. Het idee dat Poetin iets te zeggen heeft over het vermogen van Oekraïne om goederen te exporteren die het zelf produceert, op zijn eigen schepen en vanuit zijn eigen havens, is absurd. Maar hij komt ermee weg door te dreigen zich nog misdadiger te gedragen dan hij al heeft gedaan: de noordwestelijke Zwarte Zee, zo heeft het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken verklaard, is weer ‘gevaarlijk.’
Diezelfde dag begon Poetin met het laten regenen van bommen op Odessa. De raket- en droneaanvallen waren aanvankelijk gericht op graanterminals en andere havenfaciliteiten, wat leidde tot grote economische verliezen, waaronder de vernietiging van zestigduizend ton graan. De Russische aanvallen waren ook gericht op verschillende gebouwen aan de Pereulok Nakhimova, een mooie laan aan het einde van een prachtige, tien kilometer lange, met bomen omzoomde promenade, waar lokale fietsers zoals ik vaak van genieten. Vanaf daar leidt de Kanatnastraat – waar de Russische dichter Aleksandr Poesjkin vaak zijn vriend Ivan Blaramberg bezocht – naar het hart van de stad.