SAN FRANCISCO/ADDIS ABABA – Het weefsel van ons wereldwijde voedselsysteem rafelt onder de druk van de klimaatverandering en een steeds verder groeiende bevolking. Om te voorkomen dat het uit elkaar valt, moeten we gedistribueerde oplossingen voor hernieuwbare energie omarmen, die cruciaal zijn voor het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen, het vergroten van de veerkracht en de productiviteit, en het verlagen van de kosten. Doen we dit niet, dan brengen we de inspanningen om de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties te verwezenlijken in gevaar en bedreigen we ons voortbestaan.
Halverwege de deadline van 2030 is de vooruitgang in de richting van de SDG’s – bedacht als een ‘gedeelde blauwdruk voor vrede en welvaart voor mensen en de planeet’ – aanzienlijk bij de verwachtingen achtergebleven. In juli onderstreepten respectievelijk het UN High-Level Political Forum on Sustainable Development in New York en de UN Food Systems Summit +2 Stocktaking Moment in Rome het belang van de toegang tot moderne energie (SDG 7) en het bereiken van nul honger (SDG 2).
Als het gaat om het versterken van de veerkracht op de lange termijn en het aanpassingsvermogen van het mondiale voedselsysteem, zijn deze twee doelstellingen met elkaar verbonden. Het omzetten hiervan in overheidsbeleid heeft een nieuwe urgentie gekregen, aangezien de snelle opwarming van de aarde, de bevolkingsgroei, volksgezondheidscrises, instabiele energiemarkten en conflicten de unieke kwetsbaarheden en tekortkomingen van het voedselsysteem hebben blootgelegd.
Oplossingen en benaderingen uit het verleden werken niet meer; integendeel, ze hebben bijgedragen aan de huidige problemen. Vroeger leidde bezorgdheid over de voedselvoorziening – inclusief de hoge prijzen tijdens de wereldwijde financiële crisis van 2008 – steevast tot intensivering en mechanisering van de landbouw en een toename van het landgebruik. Als gevolg hiervan is de agro-industrie (inclusief de productie, het transport en de opslag van voedsel) tegenwoordig verantwoordelijk voor ongeveer een derde van alle broeikasgasemissies, die op hun beurt de toekomst van de landbouw bedreigen.
Hoewel de gevolgen van de klimaatverandering voelbaar zijn in het hele mondiale voedselsysteem, worden ze onevenredig zwaar gedragen door degenen die het minst verantwoordelijk zijn voor het probleem: kleine boeren in het Mondiale Zuiden. Afrika bezuiden de Sahara bijvoorbeeld, dat afhankelijk is van landbouw op basis van regen, heeft al te maken met een derde van de droogteperioden in de wereld en is kwetsbaar voor hogere temperaturen en ander extreem weer. Het Internationaal Monetair Fonds heeft vastgesteld dat één enkele droogte het economische groeipotentieel van een Afrikaans land op de middellange termijn met één procentpunt kan verlagen.
Deze conclusie weerspiegelt de centrale rol van de landbouw in de ontwikkelingslanden: in sommige van de minst ontwikkelde landen is landbouw goed voor ruim vijfentwintig procent van het bbp, terwijl tweeënvijftig procent van de beroepsbevolking in Afrika bezuiden de Sahara in deze sector werkt. Daarom zou het bereiken van een duurzame en klimaatvriendelijke voedselproductie in het Mondiale Zuiden kunnen leiden tot aanzienlijke welvaartsverbeteringen. Dit vergt een verschuiving naar gedistribueerde hernieuwbare energie, die kan worden gebruikt bij de primaire productie, verwerking na de oogst, opslag en koken – de landbouwactiviteiten die in ontwikkelingslanden doorgaans de meeste energie verbruiken.
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
Zeker, gedecentraliseerde hernieuwbare energie is geen wondermiddel. Maar het zou wel aanzienlijk kunnen bijdragen aan de stabilisatie van het wereldwijde voedselsysteem door de energiekosten te verlagen, een cruciale factor voor het stimuleren van de productiviteit; door de financiering voor productieve toepassingen te vergemakkelijken, wat de toegang tot opbrengstverhogende technologieën zou kunnen democratiseren; en door de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en de aanpassing aan de klimaatverandering te bevorderen. Last but not least kan het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en het decentraliseren van de energieproductie helpen om de mondiale machtsdynamiek binnen het voedselsysteem te veranderen.
Door zonne-energie aangedreven irrigatie heeft bijvoorbeeld de toegang tot water aanzienlijk verbeterd en meervoudige teeltcycli mogelijk gemaakt, waardoor de productiviteit is toegenomen en de uitstoot van broeikasgassen is verminderd. Pompen op zonne-energie hebben het inkomen van boeren in India met ruim vijftig procent doen stijgen en hebben in Rwanda geleid tot een aanzienlijke toename van de opbrengst. Het Ethiopische ministerie van Irrigatie en Laagland – waar een van ons aan het hoofd staat – heeft onlangs de import van irrigatiepompen op diesel verboden om de snelle transitie naar oplossingen op basis van hernieuwbare energie te ondersteunen.
In Afrika bezuiden de Sahara zouden maalmachines op zonne-energie het malen van graan tot meel efficiënter, betaalbaarder en duurzamer kunnen maken. Daarnaast kan de uitbreiding van minigrids om post-oogstprocessen van energie te voorzien meer economische en milieuvoordelen opleveren, doordat gemeenschappen hun producten lokaal kunnen bewaren.
Koude opslag en koeling zijn cruciaal voor het verlengen van de houdbaarheid, het verminderen van voedselverlies en het behouden van de productkwaliteit. Gedecentraliseerde oplossingen voor koelopslag op basis van hernieuwbare energie kunnen de toegang tot de markt verbeteren en bederf tegengaan voor kleine boeren en afgelegen gemeenschappen. Door bestaande infrastructuur om te zetten naar hernieuwbare energiebronnen kunnen we de uitstoot van broeikasgassen verminderen, en koelketens milieuvriendelijker en betaalbaarder maken.
Alle bovenstaande voorbeelden tonen de verschillende toepassingen van gedistribueerde hernieuwbare energie, en elke oplossing draagt bij aan een veerkrachtiger, duurzamer en klimaatvriendelijker voedselsysteem. Door deze innovaties op grotere schaal toe te passen, kunnen we de energieproblemen van kleine boeren, verwerkers en consumenten aanpakken en tegelijkertijd onze koolstofvoetafdruk verkleinen.
Het versterken van de structuur van ons mondiale voedselsysteem vereist een nieuw raamwerk dat is ontworpen om landgebruik te verminderen, de productiviteit te verhogen, voedselverlies te minimaliseren en de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Hernieuwbare energie moet de basis vormen. Anders zullen de ontwikkelingslanden niet in staat zijn om hun landbouwopbrengsten te verhogen en een einde te maken aan de honger, de achteruitgang van het milieu een halt toe te roepen en om te buigen, of de toegang tot energie te democratiseren.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
The economy played a critical role in the 2024 presidential race, creating the conditions not only for Donald Trump to trounce Kamala Harris, but also for a counter-elite to usher in a new power structure. Will the Democrats and “establishment” experts get the message?
explains how and why Democrats failed to connect with US voters’ pocketbook realities.
Kamala Harris lost to Donald Trump because she received around ten million fewer votes than Joe Biden did in 2020. The Democratic Party leadership was, at best, indifferent to the erosion of voting access, negligent in retaining newer voters, and proactive in marginalizing what remained of its left wing.
thinks the party has only itself to blame for losing the 2024 election on low voter turnout.
SAN FRANCISCO/ADDIS ABABA – Het weefsel van ons wereldwijde voedselsysteem rafelt onder de druk van de klimaatverandering en een steeds verder groeiende bevolking. Om te voorkomen dat het uit elkaar valt, moeten we gedistribueerde oplossingen voor hernieuwbare energie omarmen, die cruciaal zijn voor het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen, het vergroten van de veerkracht en de productiviteit, en het verlagen van de kosten. Doen we dit niet, dan brengen we de inspanningen om de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties te verwezenlijken in gevaar en bedreigen we ons voortbestaan.
Halverwege de deadline van 2030 is de vooruitgang in de richting van de SDG’s – bedacht als een ‘gedeelde blauwdruk voor vrede en welvaart voor mensen en de planeet’ – aanzienlijk bij de verwachtingen achtergebleven. In juli onderstreepten respectievelijk het UN High-Level Political Forum on Sustainable Development in New York en de UN Food Systems Summit +2 Stocktaking Moment in Rome het belang van de toegang tot moderne energie (SDG 7) en het bereiken van nul honger (SDG 2).
Als het gaat om het versterken van de veerkracht op de lange termijn en het aanpassingsvermogen van het mondiale voedselsysteem, zijn deze twee doelstellingen met elkaar verbonden. Het omzetten hiervan in overheidsbeleid heeft een nieuwe urgentie gekregen, aangezien de snelle opwarming van de aarde, de bevolkingsgroei, volksgezondheidscrises, instabiele energiemarkten en conflicten de unieke kwetsbaarheden en tekortkomingen van het voedselsysteem hebben blootgelegd.
Oplossingen en benaderingen uit het verleden werken niet meer; integendeel, ze hebben bijgedragen aan de huidige problemen. Vroeger leidde bezorgdheid over de voedselvoorziening – inclusief de hoge prijzen tijdens de wereldwijde financiële crisis van 2008 – steevast tot intensivering en mechanisering van de landbouw en een toename van het landgebruik. Als gevolg hiervan is de agro-industrie (inclusief de productie, het transport en de opslag van voedsel) tegenwoordig verantwoordelijk voor ongeveer een derde van alle broeikasgasemissies, die op hun beurt de toekomst van de landbouw bedreigen.
Hoewel de gevolgen van de klimaatverandering voelbaar zijn in het hele mondiale voedselsysteem, worden ze onevenredig zwaar gedragen door degenen die het minst verantwoordelijk zijn voor het probleem: kleine boeren in het Mondiale Zuiden. Afrika bezuiden de Sahara bijvoorbeeld, dat afhankelijk is van landbouw op basis van regen, heeft al te maken met een derde van de droogteperioden in de wereld en is kwetsbaar voor hogere temperaturen en ander extreem weer. Het Internationaal Monetair Fonds heeft vastgesteld dat één enkele droogte het economische groeipotentieel van een Afrikaans land op de middellange termijn met één procentpunt kan verlagen.
Deze conclusie weerspiegelt de centrale rol van de landbouw in de ontwikkelingslanden: in sommige van de minst ontwikkelde landen is landbouw goed voor ruim vijfentwintig procent van het bbp, terwijl tweeënvijftig procent van de beroepsbevolking in Afrika bezuiden de Sahara in deze sector werkt. Daarom zou het bereiken van een duurzame en klimaatvriendelijke voedselproductie in het Mondiale Zuiden kunnen leiden tot aanzienlijke welvaartsverbeteringen. Dit vergt een verschuiving naar gedistribueerde hernieuwbare energie, die kan worden gebruikt bij de primaire productie, verwerking na de oogst, opslag en koken – de landbouwactiviteiten die in ontwikkelingslanden doorgaans de meeste energie verbruiken.
Introductory Offer: Save 30% on PS Digital
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
Zeker, gedecentraliseerde hernieuwbare energie is geen wondermiddel. Maar het zou wel aanzienlijk kunnen bijdragen aan de stabilisatie van het wereldwijde voedselsysteem door de energiekosten te verlagen, een cruciale factor voor het stimuleren van de productiviteit; door de financiering voor productieve toepassingen te vergemakkelijken, wat de toegang tot opbrengstverhogende technologieën zou kunnen democratiseren; en door de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en de aanpassing aan de klimaatverandering te bevorderen. Last but not least kan het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en het decentraliseren van de energieproductie helpen om de mondiale machtsdynamiek binnen het voedselsysteem te veranderen.
Door zonne-energie aangedreven irrigatie heeft bijvoorbeeld de toegang tot water aanzienlijk verbeterd en meervoudige teeltcycli mogelijk gemaakt, waardoor de productiviteit is toegenomen en de uitstoot van broeikasgassen is verminderd. Pompen op zonne-energie hebben het inkomen van boeren in India met ruim vijftig procent doen stijgen en hebben in Rwanda geleid tot een aanzienlijke toename van de opbrengst. Het Ethiopische ministerie van Irrigatie en Laagland – waar een van ons aan het hoofd staat – heeft onlangs de import van irrigatiepompen op diesel verboden om de snelle transitie naar oplossingen op basis van hernieuwbare energie te ondersteunen.
In Afrika bezuiden de Sahara zouden maalmachines op zonne-energie het malen van graan tot meel efficiënter, betaalbaarder en duurzamer kunnen maken. Daarnaast kan de uitbreiding van minigrids om post-oogstprocessen van energie te voorzien meer economische en milieuvoordelen opleveren, doordat gemeenschappen hun producten lokaal kunnen bewaren.
Koude opslag en koeling zijn cruciaal voor het verlengen van de houdbaarheid, het verminderen van voedselverlies en het behouden van de productkwaliteit. Gedecentraliseerde oplossingen voor koelopslag op basis van hernieuwbare energie kunnen de toegang tot de markt verbeteren en bederf tegengaan voor kleine boeren en afgelegen gemeenschappen. Door bestaande infrastructuur om te zetten naar hernieuwbare energiebronnen kunnen we de uitstoot van broeikasgassen verminderen, en koelketens milieuvriendelijker en betaalbaarder maken.
Alle bovenstaande voorbeelden tonen de verschillende toepassingen van gedistribueerde hernieuwbare energie, en elke oplossing draagt bij aan een veerkrachtiger, duurzamer en klimaatvriendelijker voedselsysteem. Door deze innovaties op grotere schaal toe te passen, kunnen we de energieproblemen van kleine boeren, verwerkers en consumenten aanpakken en tegelijkertijd onze koolstofvoetafdruk verkleinen.
Het versterken van de structuur van ons mondiale voedselsysteem vereist een nieuw raamwerk dat is ontworpen om landgebruik te verminderen, de productiviteit te verhogen, voedselverlies te minimaliseren en de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Hernieuwbare energie moet de basis vormen. Anders zullen de ontwikkelingslanden niet in staat zijn om hun landbouwopbrengsten te verhogen en een einde te maken aan de honger, de achteruitgang van het milieu een halt toe te roepen en om te buigen, of de toegang tot energie te democratiseren.
Vertaling: Menno Grootveld