KAMPALA/PARIJS – De Summit for a New Global Financing Pact, die afgelopen juni in Parijs plaatsvond, was terecht gericht op het bevorderen van een inclusief klimaatactieplan dat niemand in de steek laat. Zoals dertien wereldleiders benadrukten in een gezamenlijk commentaar dat voorafgaand aan de bijeenkomst werd gepubliceerd, moeten we ervoor zorgen dat klimaatinitiatieven andere ontwikkelingsinspanningen, waaronder de wereldwijde strijd tegen de armoede, niet overschaduwen.
Dit is een enorme uitdaging, vooral in een tijd waarin centrifugale krachten de op regels gebaseerde internationale orde bedreigen en veel landen worstelen met stijgende rentetarieven en een hoge schuldenlast. Maar als de wereldleiders echt niemand achter willen laten, moeten ze de specifieke behoeften van kwetsbare groepen aanpakken – vooral die van vrouwen en meisjes, die de helft van de wereldbevolking uitmaken.
Het vijfde Sustainable Development Goal (SDG5) van de Verenigde Naties – het bereiken van gendergelijkheid en het versterken van de positie van alle vrouwen en meisjes – is onlosmakelijk verbonden met andere SDG’s, zoals die voor gezondheid, onderwijs en de toegang tot water. De klimaatverandering brengt al deze onderling verbonden doelen in gevaar en kan een kettingreactie teweegbrengen.
Vrouwen en meisjes in de ontwikkelingslanden, vooral in de plattelandsgebieden, worden het zwaarst getroffen door de klimaatcrisis. Om te beginnen hebben meisjes vaak de taak om water en voedsel voor hun gezin te bemachtigen. Aangezien de meeste inheemse gezinnen uit minstens vijf leden bestaan, vormen deze verantwoordelijkheden een zware last – een last die zwaarder wordt naarmate de klimaatcrisis escaleert, waardoor meisjes gedwongen worden steeds grotere afstanden af te leggen om in de behoeften van hun gezin te voorzien.
Dit draagt er bijvoorbeeld toe bij dat meisjes te laat op school komen. Bovendien hebben meisjes zonder toegang tot schoon water moeite om hun menstruele gezondheid en hygiëne op peil te houden. Dergelijke problemen dwingen sommigen om van school te gaan, waardoor ze hun kans op goed basisonderwijs verliezen. De klimaatverandering draagt ook bijaan een toename van het aantal kindhuwelijken, omdat wanhopige families hun dochters ruilen voor schaarse middelen.
De klimaatverandering verergert andere maatschappelijke problemen die meisjes en vrouwen treffen, zoals gendergerelateerd geweld. En aangezien vrouwen het grootste deel van het onbetaalde huishoudelijke werk en de zorg op zich nemen, worden ze geconfronteerd met specifieke uitdagingen wanneer rampen toeslaan. Dit is het geval geweest in Oeganda, dat de laatste tijd te kampen heeft met ernstige klimaatgerelateerde rampen, zoals overstromingen in het oosten en zuidwesten, en aanhoudende droogte in het noorden. Omdat maar weinig vrouwen getraind zijn in het beperken van rampen, sterven ze in dergelijke omstandigheden vaker dan mannen.
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
Ondanks dit alles worden vrouwen en andere kwetsbare groepen vaak buitenspel gezet in discussies over het klimaatbeleid. De recente Africa Youth Climate Assembly – gehouden op de dag voor de inaugurele Africa Climate Summit in Nairobi – liet zien wat een ernstig probleem dit is.
Tijdens het evenement bespraken jongeren uit verschillende Afrikaanse landen klimaatgerelateerde uitdagingen waarmee ze uit de eerste hand ervaring hebben, deelden ze persoonlijke verhalen en gingen ze de dialoog aan met leiders en leeftijdgenoten. Terwijl de Africa Climate Summit zich ontvouwde, bleven veel door jongeren geleide organisaties hun werk voortzetten, door klimaatwandelingen, nevenevenementen en persconferenties te organiseren en te wijzen op de problemen die direct van invloed zijn op hen en hun gemeenschappen, maar werden weggelaten uit de discussies tussen de leiders.
Deze jongeren (onder wie een van ons) merkten met verbazing op dat de meeste leiders en internationale organisaties vooral gericht leken op koolstofmarkten, maar weinig aandacht besteedden aan dringende problemen zoals de toegenomen plasticvervuiling in Afrika. Ze waren ook verbijsterd over vage toezeggingen om middelen toe te wijzen voor veerkracht- en aanpassingsmaatregelen en over vage beloften om landen te helpen om te gaan met verlies en schade door klimaatgerelateerde rampen.
De Africa Climate Summit zou een platform moeten zijn voor Afrikaanse mensen – vooral jongeren – om oplossingen van eigen bodem te delen en voor te stellen, in plaats van een gelegenheid voor vervuilers om strategieën te promoten die de crisis in stand houden. Afrika is geen dumpplaats; het is een continent dat rijk is aan innovatieve denkers en levensvatbare oplossingen. Afrikaanse klimaatoplossingen zijn mondiale oplossingen, en de ideeën van Afrikanen verdienen aandacht en echte steun.
Oplossingen die zijn bedacht zonder inbreng van de direct betrokkenen zullen altijd tekortschieten en de gevolgen van het in de steek laten van sommigen kunnen veel verder reiken dan de groep in kwestie. Neem de landbouw. Hoewel vrouwen een centrale rol spelen in de sector, hebben ze vaak niet dezelfde toegang tot agrarische middelen, diensten en formele besluitvormingsorganen als hun mannelijke tegenhangers.
Een betere toegang voor vrouwen tot deze middelen zou niet alleen hun kwetsbaarheid verminderen, maar ook de voedselzekerheid en klimaatbestendigheid van huishoudens en gemeenschappen versterken. De Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN schat dat het waarborgen van gendergelijkheid in de landbouw de landbouwopbrengst van vrouwen met twintig tot dertig procent zou kunnen verhogen. De resulterende efficiëntiewinst zou de honger wereldwijd met minstens twaalf tot vijftien procent kunnen verminderen en kunnen leiden tot een vermindering van de kooldioxide-uitstoot met 2,1 gigaton tegen 2050.
Ook Project Drawdown, een coalitie van wetenschappers en economen uit de hele wereld, noemt onderwijs voor meisjes als een van de meest effectieve manieren om de opwarming van de aarde tegen te gaan, vooral in combinatie met vrijwillige gezinsplanning. Het overbruggen van de genderkloof in het onderwijs kan landen helpen zich aan te passen aan de klimaatverandering en de ergste gevolgen ervan te verzachten. Investeren in onderwijs voor meisjes bereidt hen voor op de toekomst die zij erven en vermindert de bestaande ongelijkheid waarmee veel vrouwen en meisjes te maken hebben. Ook zou het integreren van klimaatonderwerpen in de lesprogramma’s van scholen kunnen leiden tot een groter ecologisch bewustzijn bij deze kinderen en zo bijdragen aan de veerkracht van hun gemeenschappen.
Het is nog te vroeg om de impact van de top in Parijs te beoordelen. Maar het evenement heeft onmiskenbaar de toon gezet voor latere internationale bijeenkomsten, waaronder de Africa Climate Summit, de bijeenkomst van de G20 in New Delhi en de jaarlijkse zitting van de Algemene Vergadering van de VN. De boodschap die uit deze bijeenkomsten naar voren kwam – dat de klimaatverandering en de ontwikkeling tegelijkertijd moeten worden aangepakt – zal waarschijnlijk ook een prominente rol spelen tijdens de VN-conferentie over klimaatverandering (COP28) in november in de Verenigde Arabische Emiraten.
Dit is een begin. Maar als een klimaatveranderingsplan echt effectief wil zijn, vooral in de opkomende en ontwikkelingseconomieën, dan moet het de sociale, economische en politieke participatie van vrouwen waarborgen. Komende internationale toppen, te beginnen met COP28, moeten daarom een vastberaden inzet voor genderrechtvaardigheid weerspiegelen en de mantra ‘laat niemand achter’ omzetten van een pakkende slogan in tastbare acties, zowel op beleids- als op basisniveau. Proactieve maatregelen mogen dan duur zijn, niets doen zou nog veel duurder uitvallen.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
Even as South Korea was plunged into political turmoil following the president’s short-lived declaration of martial law, financial markets have remained calm. But the country still has months of political uncertainty ahead, leaving it in a weak position to respond to US policy changes when President-elect Donald Trump takes office.
argues that while markets shrugged off the recent turmoil, the episode could have long-lasting consequences.
Dominant intellectual frameworks persist until their limitations in describing reality become undeniable, paving the way for a new paradigm. The idea that the world can and will replace fossil fuels with renewables has reached that point.
argue that replacing fossil fuels with renewables is an idea that has exhausted its utility.
Log in/Register
Please log in or register to continue. Registration is free and requires only your email address.
KAMPALA/PARIJS – De Summit for a New Global Financing Pact, die afgelopen juni in Parijs plaatsvond, was terecht gericht op het bevorderen van een inclusief klimaatactieplan dat niemand in de steek laat. Zoals dertien wereldleiders benadrukten in een gezamenlijk commentaar dat voorafgaand aan de bijeenkomst werd gepubliceerd, moeten we ervoor zorgen dat klimaatinitiatieven andere ontwikkelingsinspanningen, waaronder de wereldwijde strijd tegen de armoede, niet overschaduwen.
Dit is een enorme uitdaging, vooral in een tijd waarin centrifugale krachten de op regels gebaseerde internationale orde bedreigen en veel landen worstelen met stijgende rentetarieven en een hoge schuldenlast. Maar als de wereldleiders echt niemand achter willen laten, moeten ze de specifieke behoeften van kwetsbare groepen aanpakken – vooral die van vrouwen en meisjes, die de helft van de wereldbevolking uitmaken.
Het vijfde Sustainable Development Goal (SDG5) van de Verenigde Naties – het bereiken van gendergelijkheid en het versterken van de positie van alle vrouwen en meisjes – is onlosmakelijk verbonden met andere SDG’s, zoals die voor gezondheid, onderwijs en de toegang tot water. De klimaatverandering brengt al deze onderling verbonden doelen in gevaar en kan een kettingreactie teweegbrengen.
Vrouwen en meisjes in de ontwikkelingslanden, vooral in de plattelandsgebieden, worden het zwaarst getroffen door de klimaatcrisis. Om te beginnen hebben meisjes vaak de taak om water en voedsel voor hun gezin te bemachtigen. Aangezien de meeste inheemse gezinnen uit minstens vijf leden bestaan, vormen deze verantwoordelijkheden een zware last – een last die zwaarder wordt naarmate de klimaatcrisis escaleert, waardoor meisjes gedwongen worden steeds grotere afstanden af te leggen om in de behoeften van hun gezin te voorzien.
Dit draagt er bijvoorbeeld toe bij dat meisjes te laat op school komen. Bovendien hebben meisjes zonder toegang tot schoon water moeite om hun menstruele gezondheid en hygiëne op peil te houden. Dergelijke problemen dwingen sommigen om van school te gaan, waardoor ze hun kans op goed basisonderwijs verliezen. De klimaatverandering draagt ook bijaan een toename van het aantal kindhuwelijken, omdat wanhopige families hun dochters ruilen voor schaarse middelen.
De klimaatverandering verergert andere maatschappelijke problemen die meisjes en vrouwen treffen, zoals gendergerelateerd geweld. En aangezien vrouwen het grootste deel van het onbetaalde huishoudelijke werk en de zorg op zich nemen, worden ze geconfronteerd met specifieke uitdagingen wanneer rampen toeslaan. Dit is het geval geweest in Oeganda, dat de laatste tijd te kampen heeft met ernstige klimaatgerelateerde rampen, zoals overstromingen in het oosten en zuidwesten, en aanhoudende droogte in het noorden. Omdat maar weinig vrouwen getraind zijn in het beperken van rampen, sterven ze in dergelijke omstandigheden vaker dan mannen.
HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
Ondanks dit alles worden vrouwen en andere kwetsbare groepen vaak buitenspel gezet in discussies over het klimaatbeleid. De recente Africa Youth Climate Assembly – gehouden op de dag voor de inaugurele Africa Climate Summit in Nairobi – liet zien wat een ernstig probleem dit is.
Tijdens het evenement bespraken jongeren uit verschillende Afrikaanse landen klimaatgerelateerde uitdagingen waarmee ze uit de eerste hand ervaring hebben, deelden ze persoonlijke verhalen en gingen ze de dialoog aan met leiders en leeftijdgenoten. Terwijl de Africa Climate Summit zich ontvouwde, bleven veel door jongeren geleide organisaties hun werk voortzetten, door klimaatwandelingen, nevenevenementen en persconferenties te organiseren en te wijzen op de problemen die direct van invloed zijn op hen en hun gemeenschappen, maar werden weggelaten uit de discussies tussen de leiders.
Deze jongeren (onder wie een van ons) merkten met verbazing op dat de meeste leiders en internationale organisaties vooral gericht leken op koolstofmarkten, maar weinig aandacht besteedden aan dringende problemen zoals de toegenomen plasticvervuiling in Afrika. Ze waren ook verbijsterd over vage toezeggingen om middelen toe te wijzen voor veerkracht- en aanpassingsmaatregelen en over vage beloften om landen te helpen om te gaan met verlies en schade door klimaatgerelateerde rampen.
De Africa Climate Summit zou een platform moeten zijn voor Afrikaanse mensen – vooral jongeren – om oplossingen van eigen bodem te delen en voor te stellen, in plaats van een gelegenheid voor vervuilers om strategieën te promoten die de crisis in stand houden. Afrika is geen dumpplaats; het is een continent dat rijk is aan innovatieve denkers en levensvatbare oplossingen. Afrikaanse klimaatoplossingen zijn mondiale oplossingen, en de ideeën van Afrikanen verdienen aandacht en echte steun.
Oplossingen die zijn bedacht zonder inbreng van de direct betrokkenen zullen altijd tekortschieten en de gevolgen van het in de steek laten van sommigen kunnen veel verder reiken dan de groep in kwestie. Neem de landbouw. Hoewel vrouwen een centrale rol spelen in de sector, hebben ze vaak niet dezelfde toegang tot agrarische middelen, diensten en formele besluitvormingsorganen als hun mannelijke tegenhangers.
Een betere toegang voor vrouwen tot deze middelen zou niet alleen hun kwetsbaarheid verminderen, maar ook de voedselzekerheid en klimaatbestendigheid van huishoudens en gemeenschappen versterken. De Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN schat dat het waarborgen van gendergelijkheid in de landbouw de landbouwopbrengst van vrouwen met twintig tot dertig procent zou kunnen verhogen. De resulterende efficiëntiewinst zou de honger wereldwijd met minstens twaalf tot vijftien procent kunnen verminderen en kunnen leiden tot een vermindering van de kooldioxide-uitstoot met 2,1 gigaton tegen 2050.
Ook Project Drawdown, een coalitie van wetenschappers en economen uit de hele wereld, noemt onderwijs voor meisjes als een van de meest effectieve manieren om de opwarming van de aarde tegen te gaan, vooral in combinatie met vrijwillige gezinsplanning. Het overbruggen van de genderkloof in het onderwijs kan landen helpen zich aan te passen aan de klimaatverandering en de ergste gevolgen ervan te verzachten. Investeren in onderwijs voor meisjes bereidt hen voor op de toekomst die zij erven en vermindert de bestaande ongelijkheid waarmee veel vrouwen en meisjes te maken hebben. Ook zou het integreren van klimaatonderwerpen in de lesprogramma’s van scholen kunnen leiden tot een groter ecologisch bewustzijn bij deze kinderen en zo bijdragen aan de veerkracht van hun gemeenschappen.
Het is nog te vroeg om de impact van de top in Parijs te beoordelen. Maar het evenement heeft onmiskenbaar de toon gezet voor latere internationale bijeenkomsten, waaronder de Africa Climate Summit, de bijeenkomst van de G20 in New Delhi en de jaarlijkse zitting van de Algemene Vergadering van de VN. De boodschap die uit deze bijeenkomsten naar voren kwam – dat de klimaatverandering en de ontwikkeling tegelijkertijd moeten worden aangepakt – zal waarschijnlijk ook een prominente rol spelen tijdens de VN-conferentie over klimaatverandering (COP28) in november in de Verenigde Arabische Emiraten.
Dit is een begin. Maar als een klimaatveranderingsplan echt effectief wil zijn, vooral in de opkomende en ontwikkelingseconomieën, dan moet het de sociale, economische en politieke participatie van vrouwen waarborgen. Komende internationale toppen, te beginnen met COP28, moeten daarom een vastberaden inzet voor genderrechtvaardigheid weerspiegelen en de mantra ‘laat niemand achter’ omzetten van een pakkende slogan in tastbare acties, zowel op beleids- als op basisniveau. Proactieve maatregelen mogen dan duur zijn, niets doen zou nog veel duurder uitvallen.
Vertaling: Menno Grootveld