watkins29_Luis AlvarengaGetty Images_brazilfoodprogram Luis Alvarenga/Getty Images

Hoe de G20 honger en extreme armoede kan helpen uitbannen

LONDEN – De G20 is een onwaarschijnlijke voorvechter van sociale rechtvaardigheid. Alan Beattie, journalist van de Financial Times, onderstreepte het gebrek aan duidelijke richting van de groep en vergeleek haar ooit met een ‘pantomimepaard, bemand door een groep clowns.’ Maar het Braziliaanse voorzitterschap biedt een kans om deze perceptie te veranderen.

Met de Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva aan het roer staat de G20 klaar om het lanceerplatform te worden voor een baanbrekend initiatief om honger, armoede en extreme ongelijkheid aan te pakken. De Global Alliance against Hunger and Poverty, die in november wordt gelanceerd, wil het tij keren in wat tot nu toe een verloren strijd is geweest om de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s) van de Verenigde Naties te bereiken.

De alliantie is deels gemodelleerd naar de Braziliaanse ‘nul honger’-campagne, misschien wel het grootste succesverhaal op het gebied van menselijke ontwikkeling van de eenentwintigste eeuw, en wil de financiering en het leiderschap mobiliseren die nodig zijn om de verwezenlijking van de SDG’s te ondersteunen. Ruim honderd landen hebben hun intentie om mee te doen kenbaar gemaakt. Maar zal het een verschil maken?

De G20 werd in 1999 opgericht als forum voor de geïndustrialiseerde en ontwikkelingslanden om beleid te bespreken en te coördineren teneinde de financiële stabiliteit te garanderen en de wereldwijde kloof tussen Noord en Zuid te overbruggen. De groep heeft veel politieke en economische slagkracht: de leden zijn goed voor ruim tachtig procent van de economische output van de wereld en tweederde van de wereldbevolking. Wat ontbreekt is een gevoel van strategische richting en een gedeeld doel. De groep bereikte het toppunt van zijn invloed in 2009, toen de toenmalige premier van het Verenigd Koninkrijk, Gordon Brown, de top van haar leiders gebruikte om een enorme financiële deal te sluiten die een wereldwijde recessie voorkwam. Sindsdien is de groep gestaag afgegleden naar irrelevantie.

De steeds verder uitdijende agenda van de G20 is deel van het probleem. Naast financiën en bankieren omvat de dialoog van de groep nu alles van kunstmatige intelligentie tot cryptocurrencies, de oorlogen in Gaza en Oekraïne, klimaatverandering en de SDG’s. Toch is het moeilijk om één gebied aan te wijzen waarop de G20 een tastbaar verschil heeft gemaakt. De G20 geeft niet de voorkeur aan uitvoerbare plannen, gesteund door politiek leiderschap, maar aan nietszeggende communiqués die politieke verschillen verdoezelen.

Brazilië daagt deze inertie nu uit. Nog voordat hij het voorzitterschap van de G20 op zich nam, kondigde Lula de oprichting van een taskforce aan om innovatieve financieringsmechanismen te ontwikkelen waarmee de groep ondergefinancierde nationale programma’s voor armoedebestrijding zou kunnen ondersteunen. De daaruit voortvloeiende dialoog, die handig werd geleid door Braziliaanse functionarissen, heeft de Alliance voortgebracht.

PS Events: Climate Week NYC 2024
image (24)

PS Events: Climate Week NYC 2024

Project Syndicate is returning to Climate Week NYC with an even more expansive program. Join us live on September 22 as we welcome speakers from around the world at our studio in Manhattan to address critical dimensions of the climate debate.

Register Now

Weinig landen zijn beter toegerust om een gezamenlijke strijd tegen honger te leiden dan Brazilië. Tijdens zijn eerste presidentschap, van 2003 tot 2010, lanceerde Lula een grootschalige campagne om armoede en honger in Brazilië uit te roeien, met onder meer het Bolsa Família-programma, beleid ter ondersteuning van kleinschalige landbouw, een hoger minimumloon en investeringen in de basisgezondheidszorg. Een nationaal schoolprogramma voorzag ruim veertig miljoen kinderen van voedzame maaltijden. Van cruciaal belang was het gecoördineerde leiderschap van de Nationale Raad voor Voedselzekerheid, die dwars door ministeriële silo’s heen ging en de deelname van het publiek vergemakkelijkte.

In het decennium na de lancering van de ‘nul-honger’-campagne zorgden economische groei en herverdelend overheidsbeleid ervoor dat bijna dertig miljoen Brazilianen aan de armoede konden ontsnappen. Het aantal ondervoede Brazilianen daalde van 19 miljoen naar drie miljoen en de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN schrapte Brazilië van haar ‘wereldhongerkaart.’

Helaas was de winst van korte duur. De honger en armoede namen dramatisch toe toen de rechtse regering van Jair Bolsonaro in sociale programma’s ging snoeien. Maar de slinger is nu weer de andere kant opgeslagen. Kort nadat Lula in januari 2023 opnieuw was aangetreden, lanceerde zijn nieuwe regering het initiatief ‘Brazilië Zonder Honger,’ een ambitieuze poging om de ernstige voedselonzekerheid binnen vier jaar uit te roeien.

Een vergelijkbaar ambitieniveau is nu nodig om de SDG’s te verwezenlijken. Als de huidige trends zich voortzetten, zullen tegen het einde van het decennium ongeveer zeshonderd miljoen mensen in extreme armoede leven – ruim het dubbele van het streefcijfer van de VN. De vooruitgang bij het uitbannen van honger is teruggelopen. Secretaris-generaal van de VN António Guterres heeft gewaarschuwd dat als er niet snel actie wordt ondernomen, de SDG-agenda ‘een grafschrift zal worden voor een wereld die had kunnen zijn.’

De Global Alliance against Hunger and Poverty van de G20 zou deze uitkomst kunnen afwenden. In een recent rapport aan het G20-voorzitterschap dat ik samen met Kathryn Nwajiaku-Dahou en Hetty Kovach heb geschreven, schetsen we strategieën die kunnen helpen om het succes van Lula in Brazilië op wereldwijde schaal te herhalen.

Als eerste stap zou de G20 zich kunnen inzetten om de internationale ontwikkelingsfinanciering voor het terugdringen van honger en armoede te verhogen. We schatten de huidige financiering op slechts 75 miljard dollar per jaar. In plaats van eindeloos te debatteren over de SDG’s, zou de G20 hervormingen kunnen doorvoeren, aanbevolen door haar eigen speciale groep van deskundigen, die de concessionele leningen met 180 miljard dollar zouden verhogen door het multilaterale systeem van ontwikkelingsbanken effectiever te gebruiken.

Schuldverlichting is een andere prioriteit. Dit jaar zal ruim tachtig miljard dollar uit de armere ontwikkelingslanden wegvloeien in de vorm van schuldaflossingen, waarvan een groot deel naar commerciële schuldeisers gaat. Deze betalingen verdringen de uitgaven voor gezondheid, voeding en onderwijs. Het huidige schuldeninitiatief van de G20 is er niet in geslaagd om het probleem frontaal aan te pakken, maar de organisatie zou een rol kunnen spelen bij het omzetten van onbetaalbare schulden in investeringen in mensen.

Ondanks de huidige extreme polarisatie biedt het bestrijden van ondervoeding de G20 een verenigend doel – en een praktische beleidsoptie. Neem bijvoorbeeld de ondervoeding bij kinderen. Ruim een derde van de kinderen in lage- en lageremiddeninkomenslanden lijdt honger. Als we deze kinderen voedzame schoolmaaltijden zouden kunnen geven, zou dat helpen om de ondervoeding te verminderen, de armoede te verlichten en beter te leren. Een wereldwijde hulptoezegging van ongeveer 1,5 miljard dollar zou nationale inspanningen kunnen ondersteunen die het bereik van schoolmaaltijden zouden uitbreiden naar honderden miljoenen kinderen, waardoor de honger zou worden vervangen door hoop.

Maar ontoereikende financiering is slechts een deel van het probleem. Zoals ons rapport laat zien, is de hulpverlening gefragmenteerd, inefficiënt en hopeloos verouderd. Te veel hulp wordt verleend via projecten en ongecoördineerde multilaterale fondsen die prioriteit geven aan donoragenda’s – en donorcontrole – boven praktische behoeften. Door middelen te bundelen en duidelijk gedefinieerde doelen voor de armoedebestrijding en het terugdringen van de honger vast te stellen, kunnen de G20-landen de efficiëntie verhogen, de transactiekosten verlagen en de nationale verantwoordelijkheid versterken.

In een toespraak tot de VN in 2006 merkte Lula op: ‘Als we in Brazilië met zo weinig al zo veel hebben gedaan, stel je dan eens voor wat we op wereldschaal hadden kunnen doen als de strijd tegen de honger en armoede een echte prioriteit was geweest voor de internationale gemeenschap.’ De Global Alliance against Hunger and Poverty biedt de G20 een kans om zich niet alleen een betere toekomst voor te stellen, maar er ook een te helpen creëren.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/qGwDIQWnl