gabriel2_Sascha-SchuermannGetty-Images_aachen-treaty Sascha Schuermann/Getty Images

De Frans-Duitse vriendschap is niet genoeg

BERLIJN – De recente ondertekening van het Verdrag van Aachen nodigt ons uit om na te denken over de manier waarop de rol van het Frans-Duitse partnerschap in Europa zich heeft ontwikkeld sinds de twee landen in 1963 voor het eerst een bilateraal vriendschapsverdrag sloten, het Élysée Verdrag.

De kern van het Verdrag van Aachen wordt gevormd door een plan voor de vorming van een Europese Defensie Unie. Dit is geen nieuw idee. Soortgelijke voorstellen werden al in 1950 besproken, toen de Verenigde Staten de Koreaanse Oorlog in werden getrokken. De VS drongen erop aan dat West-Duitsland in een nieuwe Europese Defensie Gemeenschap zou worden opgenomen. Maar in 1954 werd de vorming van een defensie-unie – onder het Pleven Plan en het Verdrag van Parijs – afgewezen door het Franse parlement, dat bang was te afhankelijk te worden van de VS.

Niettemin zag de Franse president Charles de Gaulle, tijdens de onderhandelingen over het Élysée Verdrag nog geen tien jaar later, een kans om aan te sturen op meer West-Europese onafhankelijkheid van de VS. Daarom bevat de oorspronkelijk tekst van het verdrag geen verwijzing naar de relaties van Frankrijk of Duitsland met de VS, het Verenigd Koninkrijk, de NAVO of enige andere belangrijke overeenkomst. Maar deze omissie bleef niet onopgemerkt. Onder druk van de Amerikaanse president John F. Kennedy voegde de Duitse Bondsdag er een preambule aan toe, waarin Frankrijk en Duitsland werden opgeroepen om nauw samen te werken met de VS en het Verenigd Koninkrijk.

https://prosyn.org/2dr56fenl